Project Wadwier

Project Wadwier

Project

27 oktober 2022

1.1 Achtergrond

Volgens onderzoek van de WUR  kan met duurzame zeewierteelt de groeiende wereldbevolking – in 2050 ongeveer 9 miljard mensen – van voldoende voedsel worden voorzien, met maar 2 procent van het totale zeeoppervlak[1]. Tot op heden is de productie van zeewier in Nederland nog beperkt en wordt het geïmporteerd.

Een groot voordeel van zeewier is dat het een hernieuwbare grondstof is, na een oogst groeit het snel weer aan. In vergelijking met de akkerbouwteelt zijn andere voordelen dat de teelt op zee geen landbouw/natuurgronden kost, het geen zoetwater nodig heeft en dat er geen kunstmest en bestrijdingsmiddelen nodig zijn. Naast de toepassing als voedsel kent zeewier veel andere toepassingen. In deze pilot worden de toepassingen in feed, food en non-food product behandeld. Andere toepassingen voor zeewier zoals in de farmacie of als bron van hernieuwbare energie laten we buiten beschouwing in deze pilot.

Een ander voordeel van zeewier is dat het zuiverende werking heeft op de natuurwaarden in zee.  Zeewier neemt onder andere stikstof, fosfor en CO2 op. Door het wier te oogsten worden deze waarden onttrokken uit de zee, waarmee de ecologische biodiversiteit wordt bevorderd.

Naast de ecologie kan ook de lokale economie mee floreren bij zeewierteelt. Dit project richt zich op het Waddengebied waar economie, toerisme en natuur naast elkaar bestaat, soms met spanning. Een voorbeeld is dat de visserij wordt ingeperkt om de natuur te beschermen. Als het bestaansrecht van deze vissers in het geding komt, kan dat een grote impact op het hele gebied hebben. De visserij is een oud systeem dat generaties teruggaat en waaraan veel waarde wordt gehecht door de community en daarmee leefbaarheid biedt. Men is trots om een visser te zijn en de mensen eromheen zijn trots om er deel van uit te maken. Dit zorgt ervoor dat ze in het gebied blijven wonen en werken. Door de visserij in te zetten voor de teelt en oogst van zeewier, kan er een alternatief worden geboden, waarmee zeewierteelt kan bijdragen aan het bestaansrecht.

1.2 Doel

Project Wad Wier wil een pilot uitvoeren van teelt van de zeewiersoort Ulva lactuca  (verder Ulva) in de Waddenzee. Het doel van deze pilot is om te onderzoeken of de te verwachten opbrengsten (kwaliteit en kwantiteit) realiseerbaar en ecologisch/economisch toe te passen zijn. Met ruim 200 korven is het doel om in een jaar circa 60 ton zeewier te oogsten. Bij positieve resultaten kan er opgeschaald worden en dat zal een enorme impact hebben op de regionale economie.

Opschalen kan alleen als er voldoende vraag naar Ulva is. Daarom worden in dit project ook 3 toepassingscategorieën behandeld:

  • In de feed wordt zeewier toegepast als onderdeel van het rantsoen van melkvee. Het gaat dan om de droge toepassing. In dit project wordt de droge variant afgezet tegen toepassing van vers zeewier.
  • Ulva kan ook toegepast worden in de sector food. In deze pilot behandelen we toepassingen in lokale waddenproducten.
  • Onderdelen van Ulva lenen zich goed als alternatief voor gangbaar plastic in Wad Wier non-food product genoemd. In dit project worden geschikte toepassingen in lokale producten nader onderzocht.

1.3 Waarom Ulva?

De keuze voor de soort Ulva wordt heeft twee belangrijke motivatoren: Het is een zomerwier, terwijl de meeste soorten, welke in Noord Europa worden geteeld, juist wintersoorten zijn. Voor deze teelt worden hoofdzakelijk de wintersoorten Wakame en Saccharina gebruikt, waarbij de teelt start in oktober, de oogst is in april. Door de combinatie met Ulva kan het kweekseizoen worden verlengd tot bijna jaarrond en kan op bepaalde oppervlakte of vergunning meer zeewier worden geteeld. Juist de keuze voor de nog minder economisch uitgebuite soort Ulva (groene zeesla) betekent een nog onontgonnen potentieel met enorme kansen.

Overigens is in de Waddenzee vooralsnog alleen een ‘zomervergunning’ mogelijk waardoor de teelt van Ulva hier goed past.

Zeewier is in te delen in groen, bruin en rood. Ulva valt onder de groene wieren, is inheems en komt op het Wad al veel voor. Met kweekkorven en door gebruik te maken van een bestaande infrastructuur zijn de investeringen relatief laag in vergelijking met de bruine wieren die op lijnen met grote investeringen worden gekweekt. Rode wieren, tot slot, zijn moeilijk te kweken.

De Ulvanen in Ulva zijn een belangrijk werkingsmechanisme, welke een sterk positieve invloed heeft op de darmgezondheid van mens en dier. Ook dat is een reden om voor Ulva te kiezen.

2 Activiteiten

Project Wad Wier is niet de eerste partij die onderzoek doet naar de teelt van zeewier op zee. Op de onderzoek locatie Polder Wassenaar bij Texel is ook onderzoek gedaan naar zeewierteelt.[2] Dit project heeft heel duidelijk gemaakt dat het van belang is om de kweekbak in compartimenten te verdelen. Dit vermijdt ophoping van zeewier. Daarnaast is er ook een minimale stroming noodzakelijk voor regelmatige aanvoer van nutriënten en om neerslag van slib op het wier zelf te voorkomen. Project Wad Wier wil daarom gebruik maken van drijvende korven in de Waddenzee als kweeksysteem.


[1] https://www.wur.nl/nl/Dossiers/dossier/Dossier-Zeewier.htm

[2] https://www.polderwassenaar.nl/projecten/zeewier-onderzoek

4. Aansluiting uitgangspunten Waddenfonds

De teelt en toepassing van zeewier heeft een positief effect op ecologische waarden. Het telen van zeewier heeft een zuiverende werking op het water. Toepassing in feed levert minder uitstoot op en toepassing in non-food producten is een vervanging van een plastictoepassing.

Ook economisch gezien heeft de teelt van zeewier meerdere positieve effecten. Bij de oogst wordt gebruik gemaakt van de bestaande infrastructuur; die vissers bestendigen hun bedrijf. Toepassing in de feed levert een reductie in kosten en een hogere opbrengst op. Toepassing in de food geeft de lokale bedrijven een nieuw streekproduct met veel kwaliteiten. Toepassing in non-food producten levert een nieuw duurzaam businessmodel op, waar tegenwoordig veel aandacht voor is. Feed, food en non-food producten zijn toepassingen van onder uit de klantenpiramide. Wanneer zeewier ook gebruikt kan worden voor de farmacie wordt de economische waarde nog vele malen groter.

Zowel het ecologische als economische aspect duiden op een duurzame ontwikkeling.

Het project is ook Wadden specifiek. Het zeewier wordt in de Waddenzee geteeld en afgezet bij o.a. boeren uit Noord-Nederland, bij producenten van streekproducten en andere lokale bedrijven. Ook worden de natuurwaarden van de Waddenzee verbeterd.

Hoewel er meerdere initiatieven zijn op het gebied van de teelt van zeewier, heeft het project Wad Wier een additioneel karakter. Het is een goede mogelijkheid om juist in de zomerperiode zeewier te telen, terwijl de meeste teelten zich richten op touwenteelt met winterwieren. De benodigde infrastructuur bestaat slechts uit het plaatsen van enkele eenvoudige bevestigingsstructuren welke ook met nagenoeg geen ecologische en landschappelijke impact hebben in tegenstelling tot die van de touwenteelt. Naast een focus op de teelt van zeewier, is het onderzoek naar verschillende toepassingen ook van belang voor de borging van de continuïteit.  North Seaweed bijvoorbeeld is voornemens (een deel van) de gekweekte Ulva af te nemen omdat daarmee de import vanuit Azië niet meer nodig zou zijn.

Project Wad Wier sluit aan bij twee hoofddoelen van het Waddenfonds:

  1. Het verminderen of wegnemen van externe bedreigingen van de natuurlijke rijkdom van de Waddenzee;
  2. Een duurzame economische ontwikkeling van het Waddengebied en een substantiële transitie naar een duurzame energiehuishouding ten aanzien van het Waddengebied;

De genoemde activiteiten in deze pilot sluiten aan bij de themalijn Verbreding en flexibilisering en de themalijn pilots circulaire economie (biobased): omgaan met reststromen.

Daarmee voldoet het aan het vereiste van integraliteit.

Zoals eerder ook aangegeven zijn er voor zeewier genoeg toepassingen om bij een succesvolle pilot schaalvergroting te realiseren.

Dit project is mede mogelijk gemaakt met financiële steun van het Waddenfonds.