Projectleider Joost Crommentuijn

Nieuwsartikel

9 februari 2023

Wad Wier: Een kennismaking met projectleider Joost Crommentuijn

Joost Crommentuijn werkt bij CIV Offshore & Shipping. Zij zijn een visserij coöperatie met 161 leden. Daarvan hebben 45 vestigingsplaats Den Oever als thuishaven. CIV maakt zich als vereniging sterk voor de beroepsgroep vissers. Net als sommige vissoorten worden zij ook ‘bedreigd’. Denk aan de sluiting van visgebieden door windmolenparken, uit Natura2000 belang, etc. Er is van alles aan de hand. De natuur is zichtbaar en onzichtbaar aan het veranderen. Het water wordt warmer, daardoor trekken traditionele vissoorten meer naar het noorden. Het gaat om een relatief kleinschalige vloot. Deze schepen zijn niet in staat meer naar het noorden te bewegen. Er zijn dus andere vangstmethoden nodig ter compensatie.

Bestaansrecht

De lokale vloot is van oudsher gewend om meerdere keren per jaar te wisselen van visserijmethode. Dit was voor een deel altijd al de flexibiliteit die de vloot nu nog grotendeels in stand houdt. Anders dan bij de grote kottervloot die gebonden is aan hun beperkte mogelijkheden en die dus extra worden getroffen door alle beperkingen. De sector is zelf niet in staat om te schakelen naar andere alternatieven dan de jagende visserij. Dit is deels cultuurgebonden, want als je (voor-)ouders het al op die manier deden waarom dan veranderen? Er is weinig ruimte om te innoveren. “Wij willen als CIV verder vooruit te kijken, het eigen bestaansrecht min of meer veilig stellen”, aldus Joost. Door te werken aan projecten die in het belang zijn van zowel de visserij als de natuur.

Ulva op het Wad

Joost zit in het bestuur van de MOI Community en de NNOW. Zo kwam hij op een dag in Nijlicht (bedrijfsverzamelgebouw in de Eemshaven, red.) aan de praat met Hessel Altenburg van North Seaweed en het Zeewier Platform. Hij levert vanuit zijn bedrijf al 30 jaar veevoersupplementen uit voornamelijk zeewier. Deze zeewierproducten worden tot vandaag de dag uit het buitenland geïmporteerd. Hij wil het graag dichter bij huis zoeken. Dat is ten eerste goedkoper en – niet onbelangrijk – de kwaliteit van ulva op het Wad is meer dan voldoende. Zo kwam het idee tot stand om het systeem van mosselen kweek in te gaan zetten voor zeewier kweek. Hoe gaan ze dat aanpakken? “In eerste instantie dachten we aan het gebruik van bestaande mosselnetten. Probleem is als je een verticaal net gebruikt, je mogelijk delen van de ulva kwijtraakt. Bovendien is het lastig oogstbaar”, vertelt Joost. Er moest dus een systeem worden bedacht dat ervoor zorgt dat je het materiaal niet kwijtraakt. Het zinkt van nature, dus heb je ook een bodem nodig. Conclusie was een korf-systeem te ontwikkelen waar ze het ulva in laten groeien tot 60 cm diep.


Testen met korf

De aanloopfase was gestart. “We hebben eerst één korf gemaakt en deze getest in Eemshaven met Groningen Seaports”, vertelt Joost. De eerste korf lag achteraf op het verkeerde moment in water. In een paar weken tijd was het net helemaal dichtgegroeid met mosselen. En dus was er geen groeimogelijkheid voor het ulva. Een ander obstakel was te weinig licht door de diepte van het net en alle vaarbewegingen in een drukke haven zorgde voor afzetting van slib op het wier.


Toen is ernaast een tweede korf gemaakt met het net ingespannen. Deze kende een maximale diepte van 10 tot 40 cm. Daar zag je een sterke groei ontstaan. Wel hadden ze weer veel last van klei op de bladen. Joost: “Toen hebben we besloten dat we niet horizontaal kweken, maar verticaal. Dat het water met de nutriënten er als het ware bij langs spoelt. Het wier heeft ook voldoende licht nodig en dus de bovenste laag van het water.”

Focus op landkweek

Ondertussen zijn ze de aanvraag voor het Wad-Wier project gaan voorbereiden bij het Waddenfonds. Er bleken direct al een aantal bezwaren voor kweken van ulva op de Waddenzee. Beheerders van het Wad willen niet te veel nieuwe activiteiten, omdat het een kwetsbaar gebied is. De aanvraag moest worden bijgestuurd. Zo is de focus in Wad-Wier komen te liggen op landkweek. De korven (van de pilots) zijn in het water blijven hangen. Het is nog onbekend of het concept van kweek in de Waddenzee op een later moment wordt voortgezet. Al is die optie er wel nog steeds.


Wat gaan ze precies doen met landkweek? Joost vertelt: “Wij gaan zelf bassins maken. Dit kun je zien als een aangelegde vijver waar we in het beginsel verschillende soorten groeimethoden van ulva proberen. We willen weten wat de verschillende uitkomsten zijn van de soorten die we testen.
Tegelijkertijd wat de consequenties voor de oogst daarvan zijn. Vooralsnog zullen we vasthouden aan verticale kweek. ‘De langs-stroom’ van water is dan gunstiger. Het gaat erom dat je zoveel mogelijk ulvablad beschikbaar krijgt om toe te passen in veevoer of andere toepassingen. Die insteek kiezen we in eerste instantie.”


Geschikte locatie

De aanloopfase was gestart. “We hebben eerst één korf gemaakt en deze getest in Eemshaven met Groningen Seaports”, vertelt Joost. De eerste korf lag achteraf op het verkeerde moment in water. In een paar weken tijd was het net helemaal dichtgegroeid met mosselen. En dus was er geen groeimogelijkheid voor het ulva. Een ander obstakel was te weinig licht door de diepte van het net en alle vaarbewegingen in een drukke haven zorgde voor afzetting van slib op het wier.
Toen is ernaast een tweede korf gemaakt met het net ingespannen. Deze kende een maximale diepte van 10 tot 40 cm. Daar zag je een sterke groei ontstaan. Wel hadden ze weer veel last van klei op de bladen. Joost: “Toen hebben we besloten dat we niet horizontaal kweken, maar verticaal. Dat het water met de nutriënten er als het ware bij langs spoelt. Het wier heeft ook voldoende licht nodig en dus de bovenste laag van het water.”

Focus op landkweek

Ondertussen zijn ze de aanvraag voor het Wad-Wier project gaan voorbereiden bij het Waddenfonds. Er bleken direct al een aantal bezwaren voor kweken van ulva op de Waddenzee. Beheerders van het Wad willen niet te veel nieuwe activiteiten, omdat het een kwetsbaar gebied is. De aanvraag moest worden bijgestuurd. Zo is de focus in Wad-Wier komen te liggen op landkweek. De korven (van de pilots) zijn in het water blijven hangen. Het is nog onbekend of het concept van kweek in de Waddenzee op een later moment wordt voortgezet. Al is die optie er wel nog steeds. Wat gaan ze precies doen met landkweek? Joost vertelt: “Wij gaan zelf bassins maken. Dit kun je zien als een aangelegde vijver waar we in het beginsel verschillende soorten groeimethoden van ulva proberen. We willen weten wat de verschillende uitkomsten zijn van de soorten die we testen. Tegelijkertijd wat de consequenties voor de oogst daarvan zijn. Vooralsnog zullen we vasthouden aan verticale kweek. ‘De langs-stroom’ van water is dan gunstiger. Het gaat erom dat je zoveel mogelijk ulvablad beschikbaar krijgt om toe te passen in veevoer of andere toepassingen. Die insteek kiezen we in eerste instantie.”

Geschikte locatie

Op woensdag 13 juli 2022 is de kick-off meeting van het project geweest. Er zijn een aantal opties voor de locatie. Joost: “Wat mij betreft is de meest gunstige optie naast het gebouw Nijlicht in de Eemshaven, ons projectkantoor. Dit zal goed zijn voor de zichtbaarheid van de activiteiten. Misschien ook het Dubbele Dijken gebied. Hanzehogeschool Groningen is een van de partners en heeft een perceel in dat gebied voor wetenschappelijk onderzoek. Een derde alternatief is een nu nog braakliggend terrein van Groningen Seaports aan de westkant van de Eemshaven.”


De planning is op dit moment om te starten met de verwerving van het materieel om het bassin te maken. Over een week of vier moet het bassin dan klaar zijn. “We zitten al een heel eind in het groeiseizoen van het zeewier”, legt Joost uit. “Er is ons alles aan gelegen om zo snel mogelijk te starten. Medio oktober komt het groeiseizoen ten einde. De doelstelling in de winter zal het behoud zijn. Idealiter kunnen we in de zomerperiode ulva kweken en in de winterperiode winterwier kweken, maar dat is afhankelijk van de beschikbare ruimte op de locatie.”


Ze beginnen met een relatief klein bassin. Het project loopt drie jaar. Officieel eindigt het in december 2024. Als het project af is, dan is het niet de bedoeling dat alles wordt opgeruimd. “Wij willen doorgaan na afloop van het project. Als het project afloopt, dat dan de opbrengt zodanig is dat het op zijn minst zelfvoorzienend is”, verwacht Joost.

Betrokken partners

De samenwerking met de partners vindt Joost van groot belang in dit project. Zo is de betrokkenheid van projectmanagementbureau TCNN essentieel geweest voor het voorbereiden en aanvragen van de Waddenfonds subsidie. Hanzehogeschool Groningen is in het project betrokken met de doelstelling om onderzoek te doen naar diverse kweekmogelijkheden, bijvoorbeeld de invloed op de groeisnelheid, de soorten ulva die er zijn en entingsmethoden. Daar moet nog echt meer onderzoek naar gedaan worden. Colour and Brain gaat zich bemoeien met toepassingen van het zeewier voor cosmeticaproducten. North Seaweed en CIV richten zich specifiek op het veevoer en bemestingsstoffen. Tot slot, is ook House of Design bij het project aangesloten. Zij gaan zich richten op biobased plastics uit ulva. Onderdeel van een circulaire kringloop om de hoeveelheid plastic in het Waddengebied terug te dringen. Het Waddenfonds wil plastics terugdringen in Waddengebied, om vervuiling van de natuur en het leefklimaat van dieren te verbeteren. Iedereen gaat met veel ambitie van start!


Voor meer informatie nodigen we u uit de LinkedIn pagina van Wad Wier te volgen.